Waar komt het woord boter vandaan?

Het woord "boter" is onze taal terechtgekomen ten tijde van de Germanen, die een voorloper van de Nederlandse taal spraken. Zij namen het woord over van de Romeinen aan het begin van onze jaartelling. De Latijnse vorm was "butyrum". Op hun beurt hebben de Romeinen het ontleend aan het Griekse "bou-turon", dat letterlijk "koeie-kaas" betekent. Dat de Germanen het nieuwe woord gingen gebruiken, wil niet zeggen dat ze daarvoor geen boter kenden. Waarschijnlijk leerden ze van de Romeinen een andere en betere manier om boter te maken. zie ook